Dertiger jaren, een vooroorlogs straatbeeld s’ Maandag morgen, de vuilnisman kondigt de komst van de vuilnis ophaaldienst aan. Met een houten ratel worden de bewoners er op attent gemaakt dat de ophaal dienst in aantocht is. Snel wordt er nog een vuilnisemmers aan de stoeprand gezet en even later komt de auto van de gemeentelijke reinigingsdienst met hun rollaadbak de straat in. Buitensingel.
Het is wasdag, maar elke maan dagmorgen wordt die opgeluis-terd met de klanken van het draaiorgel.De man met het cen-tenbakje tikt beleefd aan zijn petje als er wat kleingeld inge-stort wordt. Als op de twee de etage een raam opgeschoven wordt, een vrouw persoon over het kozijn leunt en met een armzwaai de straat muzikant wenkt, vangt hij in zijn petje de hem toegeworpen muntjes keurig op.
Soms is het een samenloop van omstandigheden als dit straat tafereeltje een wat bredere betekenis krijgt De overbuurman is jarig of bode ziekenfonds is toevallig op premiejacht, als er een mans persoon in de buurt is wordt hij gelijk uitgedaagd voor een walsje. De orgelman geeft nog een toegift alvorens de muziekkast verder te duwen, de bode ziekenfonds krijgt zijn penningen en de vrouwen keren weer terug naar de wastobbe.