25 Februari 1983
Het spektakel van de carnaval is weg
geëbd, de zuiderlingen onder ons hebben de narrenkap weer verwisseld voor
de staalhelm, het leven van de soldaat in de voorpost aan de Elbe is
uitgestippeld via het paraat en oefenrooster van de brigade, het radertje
van de NAVO aan de status-quo lijn. Door tussenkomst van de
spies (ciesgtmaj)
wordt mij opgedragen om 10.00 uur te verschijnen ten
burele van C41Pabrigtnbat (Commandant 41 Pantserbrigade
Treinenbataljon) tenue DT (Dagelijks tenue)
Het is de Luitenant-kolonel Du-Mee die mij na de
formele begroeting de hand reikt en een stoel aanbied maar dat is nog niet
alles, de deur zwaait open en de Brigade commandant de Brigade Generaal
C.Brouwer stapt binnen, neemt gelijk de regie in eigen hand en begint mijn
staat van dienst te ontrafelen die tot in de engste zin is ontleed. Als ik
ben neergezet als het buitenbeentje in de organisatie gedurende de 36
dienstjaren met nog 5 maanden te gaan voor mijn
officiële ontslagdatum (010883) dat
hij wil belonen met de erkenning die mij 36 jaar is onthouden het diploma
geoefend soldaat als Carnavalistische nabrander